Sinds het einde van de vorige eeuw is er in de klinische behandeling van psychische stoornissen meer aandacht voor de existentiële dimensie van het mens-zijn en van het lijden. Daarmee kwamen ook religieuze of spirituele wereldbeelden van patiënten meer in beeld. In 2017 ontwikkelde de American Psychological Association (APA) richtlijnen voor het omgaan met culturele, religieuze en spirituele kwesties in de klinische behandeling van cliënten met psychische stoornissen. 

Spiritualiteit van belang

Uit wetenschappelijk onderzoek wordt namelijk duidelijk dat spiritualiteit van belang is voor het klinische proces. Religieuze kennis, ervaringen en activiteiten van cliënten beïnvloeden onmiskenbaar hun geestelijke gezondheid, psychopathologie, persoonlijkheid en copingstrategieën. Zo wijst onderzoek op het beschermende effect van spiritualiteit op de geestelijke gezondheid en op de invloed van religieuze copingstrategieën op psychopathologie. Binnen de geestelijke gezondheidszorg worden zogenoemde ‘religieuze en spirituele affiliaties’ dan ook in toenemende mate als van belang beschouwd: op welke wijze heeft de actieve zoektocht naar ‘het heilige’ bij een cliënt invloed op diens omgang met zijn psychische ziekte? In toenemende mate integreren psychotherapieën spirituele en religieuze systemen van geloof en praktijk. Deze religieuze/spirituele behandelingen gebruiken een woordenschat die je niet zo snel terugvindt in reguliere psychotherapieën. De eerstgenoemde psychotherapieën leggen sterk de nadruk op het mobiliseren van hoop, acceptatie en vergeving. 

In hun artikel The evaluation of religious and spirituality-based therapy compared to standard treatment in mental health care, vergelijken de auteurs in een meta-analyse de effectiviteit van een op religie en spiritualiteit gebaseerde (R/S) therapie met reguliere, niet-R/S behandelingen. In deze R/S-therapie gaat het om psychotherapeutische behandelingen die het psychologisch welzijn van patiënten willen bevorderen door gebruik te maken van religieuze of spirituele bronnen, gerelateerd aan een transcendente dimensie en een zoektocht naar het heilige. Hoofddoel van het onderzoek was de vraag te beantwoorden of R/S behandeling effectiever is dan niet-R/S behandelingen voor patiënten die lijden aan een psychische stoornis. Het antwoord op die vraag lijkt bevestigend: bij patiënten met een sterke religieuze en spirituele affiniteit zijn behandelingen met een focus op religieuze en spirituele kwesties effectiever dan reguliere, niet op R/S gebaseerde therapieën. Persoonsgerichte behandeling dat zich richt op de religieuze, spirituele dimensies van de mens zijn effectief in het verminderen van psychische symptomen en het verbeteren van algehele functioneren, in het bijzonder bij depressieve cliënten.  De auteurs pleiten ervoor dat clinici en hulpverleners in de geestelijke gezondheidszorg de wereldbeelden van patiënten, uitgedrukt in religieuze en spirituele onderwerpen, betrekken bij de psychotherapie. 

'Persoonsgerichte behandeling dat zich richt op de religieuze, spirituele dimensies van de mens zijn effectief in het verminderen van psychische symptomen en het verbeteren van algehele functioneren, in het bijzonder bij depressieve cliënten.'

N.a.v. Annette J. Bouwhuis-Van Keulen, Jurrijn Koelen, Liesbeth Eurelings-Bontekoe, Christien Hoekstra-Oomen & Gerrit Glas (2023): The evaluation of religious and spirituality-based therapy compared to standard treatment in mental health care: A multi-level meta-analysis of randomized controlled trials, Psychotherapy Research, DOl: 10.1080/10503307.2023.2241626 

Dit artikel verscheen in de nieuwsbrief zorgprofessionals van 25 april 2024.

Ga naar de nieuwsbrief voor zorgprofessionals