Medewerkers in de zorg krijgen steeds vaker te maken met geweld of de dreiging daarvan. Dat vraagt ook veel van cliënten, die daar ongewild mee te maken kunnen krijgen in een wachtkamer. Wat een herinneringen en angst kan dat oproepen. Het vraagt veel van ons, als zorgmedewerkers. Een veilige werkomgeving is niet vanzelfsprekend. Het is heel verleidelijk vooral te kijken naar de plegers van dat geweld of degene die daarmee dreigt.

Maar dat doet geen recht aan de maatschappelijke ontwikkeling waarin steeds meer aandacht is voor ‘eigen kracht’, voor het om leren gaan met eigen kwetsbaarheden. Ik heb weleens de indruk dat we elkaars wonden, en de beperktheid die dat met zich meebrengt, liever niet willen zien. En zou ik mijn eigen verwonding wel onder ogen durven zien? Daarmee komt de ander aandacht en zorg tekort en regeert angst.

"Zou veiligheid in de zorg er ook niet bij gebaat zijn dat we elkaars wonden durven zien en aanraken?"

Gedragsverandering is vaak een lastige en moeilijk begaanbare weg voor mensen met ernstige psychische problemen. Zij zijn soms zeer bedreven in het vinden van ‘gaten’ in de zorg om zo te ontsnappen aan noodzakelijke hulp. Zou de stigmatisering van psychiatrische patiënten daar ook een rol bij spelen? Net als hun lastige maatschappelijke positie en de uitzichtloosheid die velen als gevolg daarvan ervaren?

Natuurlijk is veilige zorg gebaat bij meer en betere samenwerking tussen instellingen. Maar ook bij een betere samenwerking binnen instellingen, tussen bijvoorbeeld ambulante en klinische zorg. Zodat de hulp aan cliënten goed op elkaar is afgestemd.

Het is een heel christelijke notie die zegt dat we elkaars lasten mogen dragen. Zou veiligheid in de zorg er ook niet bij gebaat zijn dat we elkaars wonden durven zien en aanraken? Dat is zorg voor elkaar. Dat begint bij het onder ogen zien van eigen kwetsbaarheid en verwondering over het feit dat in Christus heling mogelijk is. In die verwondering wil ik bij De Hoop mijn werk doen.

 

Harrie Fokkens, psychotherapeut polikliniek De Hoop ggz
(Deze column verscheen in het ND op zaterdag 25 mei 2019)